Zit je beelddenker in de brugklas lekker in zijn vel?

Gepubliceerd op 7 september 2025 om 21:16

Lekker in je vel zitten is de belangrijkste voorwaarde om te kunnen leren en daar zit een wisselwerking in: als je kind niet lekker in zijn vel zit wordt leren moeilijker en als leren niet goed lukt, zit je kind niet lekker in zijn vel.

Waaraan merk je dat je kind niet lekker in zijn vel zit?

Je kind verandert snel in het eerste half jaar van het VO. Dat maakt het voor jou lastiger om te weten of hij niet lekker in zijn vel zit of gewoon aan het puberen is. Volg daarin je gevoel. Als jij als ouder denkt dat er iets aan de hand is, dan is dat meestal ook zo. Er zijn er een aantal signalen, die er op kunnen wijzen dat er iets aan de hand is:

  • Je kind is stiller dan normaal
  • Je kind trekt zich terug op zijn kamer
  • Je kind valt thuis vaker uit naar anderen
  • Je kind klaagt vaker over hoofdpijn of buikpijn
  • Je kind wil niet naar school

De brugklas als apenrots

Een mentor van brugklassers zei me eens dat de brugklas lijkt op een apenrots. Op een apenrots zitten de apen die het hoogste in rang zijn bovenaan. Als een lagere in rang naar boven probeert te komen, wordt hij naar beneden geduwd. In een brugklas gebeurt eigenlijk hetzelfde. Er moet een een nieuwe groep worden gevormd, waarin iedereen zijn eigen plekje heeft. In de meeste klassen zijn de verhoudingen rond november gezet, maar in sommige klassen duurt dat het hele schooljaar. Dat betekent vaak, dat je kind start met kinderen die hij nog van zijn basisschool kent, maar gaandeweg ontstaan er nieuwe groepjes. En ook deze nieuwe groepjes veranderen nog wel eens gedurende het jaar. Voor je kind doet dit een zwaar beroep op zijn zelfvertrouwen en moet hij leren om op te komen voor zichzelf. Houd er rekening mee dat kinderen in deze fase (vooral in de groep) keihard zijn naar elkaar. Ze willen allemaal ergens bij horen.

Er zijn twee dingen, die een belangrijke rol spelen in het ‘apenrots proces’:

Mee kunnen komen met de groep

Het is belangrijk, dat je kind de juiste spullen bij zich heeft, weet waar hij moet zijn en niet te veel vragen hoeft te stellen omdat hij dingen niet begrijpt of kan vinden. Je beelddenker heeft langer tijd nodig dan andere kinderen om te wennen aan alle nieuwe dingen. Je zou willen, dat je kind alles kan vragen in de klas, maar in de groep wordt hij daar vaak op afgerekend. Dat maakt vaak, dat hij niet meer durft te vragen om niet voor dom versleten te worden. In mijn blog ‘Hoe kun jij je beelddenker helpen met het lesrooster en huiswerk maken’ geef ik je tips hoe je je kind hier mee kunt helpen.

 De kantine en de supermarkt

De meeste scholen hebben een kantine en vaak is er ook een supermarkt in de buurt. Daar iets kopen is veel stoerder dan de gewone boterhammen van thuis. Vaak halen kinderen daar broodjes, drinken of snoep. Daar moet je dan wel geld voor hebben. Er zijn kinderen, die zoveel zakgeld hebben, dat ze elke dag iets kunnen kopen. Vaak wil jou kind dat ook om er bij te horen.

Wat kun jij doen om je kind te helpen?

Alle tips, die ik je hier ga geven zijn bedoeld om je kind te leren om het zelf te doen. Het is dus niet de bedoeling, dat je de dingen voor hem gaat doen of dat je alles gaat controleren. Daar leert je kind niet zo veel van.

  • Bespreek elke dag met je kind wat goed ging en wat hij lastig vond op school.
  • Check regelmatig bij je kind hoe de verhoudingen in de klas zijn en of hij zich daar goed bij voelt:
    • Met wie fiets je naar school?
    • Naast wie zit je in de klas?
    • Met wie werk je samen bij groepsopdrachten?
    • Met wie zit je in de pauzes?
    • Durf je vragen te stellen in de klas als je iets niet begrijpt?
    • Word je wel eens gepest?
  • Leer je kind om dingen bespreekbaar te maken. Allereerst thuis. Veel kinderen schamen zich voor hun onzekerheid en doen alsof er niets aan de hand is. Vertel je kind dat onzekerheid in deze fase heel normaal is en dat de meeste kinderen in zijn klas onzeker zijn, ook al is dat niet zichtbaar. Of vertel over je eigen schooltijd en hoe onzeker je daar in het begin was. Vraag je kind vooral wat het nodig heeft in deze fase. Dat maakt dat hij zich gezien voelt. Het is fijn als je kind ook bij zijn mentor dingen durft te bespreken. Vaak heb je als ouder de neiging om zelf contact op te nemen met de mentor van je kind, maar het is veel effectiever als je kind dat zelf kan. Zo wordt de mentor al snel een veilige haven op school.
  • Maak duidelijke afspraken over het kopen van broodjes, drinken of snoep in de kantine of de supermarkt. Leer je kind dat dingen die je van thuis mee neemt goedkoper zijn waardoor hij zijn geld aan andere dingen kan besteden. Veel ouders maken de afspraak met hun kind dat ze één keer per week iets gaat kopen.

Ik hoop dat bovenstaande tips je helpen om je kind zich veilig en gezien te laten voelen. Dat is de basis van alles. Volgende keer ga ik je meenemen in de wereld van schriftelijke overhoringen en toetsen op het VO en hoe je kind daar voor kan leren.

Wil je geen Blog missen?

Ik schrijf elke week een blog met informatie over de eerste weken op het VO voor beelddenkers, met daarin tips voor jou om je kind te helpen. Wil je er geen missen? Schrijf je dan in en ontvang ze automatisch in je mailbox.